Wel­ke vogels over­win­te­ren er in Haar­lem en hoe doen ze dat? Chris Brun­ner van de Vogel­werk­groep Zuid-Ken­ne­mer­land ver­telt graag over wel­ke vogels het gaat. En over wat jij kunt doen om hun win­ter zo aan­ge­naam moge­lijk te maken.

Jaar­vo­gels in Haarlem
Chris werkt als vrij­wil­li­ger voor de Vogel­werk­groep Zuid-Ken­ne­mer­land. Hij ver­telt: “Jaar­vo­gels, dat zijn vogels die het hele jaar door in Haar­lem zijn. Ze trek­ken dus niet weg om te over­win­te­ren. Veel tuin­vo­gels blij­ven hier, zoals de merel, de huis­mus, de gro­te bon­te specht, de hals­band­par­kiet en mezen.”

Win­ter­hu­meur van de meerkoet
“Som­mi­ge vogels ver­to­nen wel ander gedrag in de win­ter, zoals meer­koe­ten. In de win­ter zit­ten de mees­ten in gro­te groe­pen op gras­land, om zo aan hun voed­sel te komen. Omdat ze dan geen ter­ri­to­ri­um of nest te ver­de­di­gen heb­ben, zijn ze niet agres­sief en niet solis­tisch. Dat is in het voor­jaar wel anders. De meer­koet claimt dan zijn ter­ri­to­ri­um, maakt daar zijn nest en is daar­door agres­sief naar ande­re vogels. Met zijn poot­jes kan hij zich krach­tig verweren.”

De merel in de vuurdoornstruik
Ook de merel zie je in de win­ter niet in paren, maar alleen. Chris ver­volgt: “De merel in mijn tuin zingt nu maar heel zacht­jes, je moet goed luis­te­ren om hem te horen. De vogel zit vre­dig in de vuur­doorn, die bes­jes zit­ten vol voe­dings­stof­fen. Hij ver­de­digt ‘zijn’ struik dus heel goed, want zolang de vogel te eten heeft, heeft hij geen last van de win­ter­kou. Zijn de bes­jes in het voor­jaar ver­dwe­nen, dan kan de merel de struik ook gebrui­ken als broedplaats.”

Rood­borst­je of roödbørst­je?
Van een ande­re orde is het rood­borst­je. Daar is name­lijk iets grap­pigs mee aan de hand. Chris legt het uit: “Onze rood­borst­jes van het zomer­half­jaar trek­ken voor de win­ter weg naar het zui­den. De rood­borst­jes die je nu in de tuin ziet, komen uit Scan­di­na­vië. Zij trek­ken dus ook naar het zui­den en strij­ken dan hier neer. Althans, dat menen we uit onder­zoek te weten. Ze zien er niet anders uit dan ‘Neder­land­se’ rood­borst­jes. Ze zijn niet schuw en komen graag even kij­ken als je in de tuin werkt. Wel zor­gen deze vogels dat ze op tijd, dus tegen het voor­jaar, weer terug zijn in hun moe­der­land. Dan zoe­ken ze hun eigen ter­ri­to­ri­um uit om een nest­je te kun­nen bouwen.”

Vogel­ver­maak door bijvoeren
Bij­voe­ren, is dat nou nodig in de win­ter? “Ik ben erg voor bij­voe­ren van vogels. Het draagt bij aan hun gezond­heid en is ook leuk om naar te kij­ken. Noem het vogel­ver­maak. Zo’n zaad­ko­ker geeft wel wat rom­mel, maar je krijgt er veel lol voor terug. Geef de vogels voor­al vet­bol­len, zaad en vogel­pin­da­kaas. Geen gewo­ne pin­da­kaas doen hoor, dat is veel te zout. Voor­al in het voor­jaar voer je ze lie­ver pin­da­kaas dan los­se pinda’s, want die kun­nen te groot en dus gevaar­lijk zijn voor de klein­tjes. Houd de vogel­ko­ker wel goed schoon, zeker als er pinda’s in zit­ten. Pinda’s gaan snel schim­me­len en ver­oor­za­ken dan ziektes.”

En nog twee vogeltips
Haar­lem­mers kun­nen naast bij­voe­ren nog een paar din­gen doen voor hun geve­der­de stadsgenoten.

Tip 1: plant strui­ken. “Strui­ken zijn belang­rijk voor stad­se vogels. Je ziet ze steeds min­der in par­ken en tui­nen, maar vogels sla­pen graag onder strui­ken. Soms broe­den ze er ook. Boven­dien kun­nen ze er eten vin­den in de vorm van bes­jes. Plant dus strui­ken, maar wel inheem­se, geen exo­ten.” En tip 2? “Maak de tuin asje­blieft niet te veel ‘win­ter­klaar’. Veeg hoog­uit het blad en tak­jes in de bor­ders, want insec­ten en die­ren zijn dol op dit soort rommelhoekjes.”

Dit vind je vast ook leuk